Mijn mama is 30 jaar. ’s Avonds gaat ze slapen met papa.
Mijn mama is 30 jaar. ’s Avonds gaat ze slapen met papa. Zijn geur en ademhaling brengen haar tot rust. Als papa er niet is, valt ze moeilijk in slaap en slaapt ze onrustig. Voor ze naar bed gaat, maakt ze een kop warme melk. Zelfs op haar leeftijd drinkt ze graag een kop melk voor het slapengaan. ’s Nachts heeft ze altijd een groot glas water naast haar bed staan, voor als ze daar zin in heeft. Mama heeft ’s nachts vaak dorst.
’s Avonds moet ik nu in m’n eentje slapen in m’n kamer. Een dokter heeft m’n ouders namelijk gezegd dat ik op mijn leeftijd alleen moet slapen. Hij zei ook dat ik zonder hulp in slaap moet kunnen vallen. ’s Avonds brengen m’n ouders me naar bed en blijven ze wachten tot ik zelf in slaap val. Ik was zó bang! Voordien viel ik nog in slaap in papa’s zachte armen. ’s Nachts word ik wakker. Ik heb dorst, maar ik mag geen melk meer drinken. Ze zeiden hun ook dat een baby van mijn leeftijd ’s nachts niet meer hoeft te drinken.
Die dokter die m’n ouders al die tips gaf, zou die ’s nachts ook opstaan om iets te drinken? Zou hij goed kunnen slapen als zijn levensgezel ’s nachts niet naast hem ligt? Ik zou het hem eens moeten vragen.
Waarom verwacht men zoveel van mij, terwijl ik nog zó klein ben?”
Tekst van onbekende auteur en gelezen op de pagina van Christine Marcotte Begeleider bij de geboorte en mama
